Onlangs vergezelde ik nexxworks mee op The Future of Shopping Tour. Bij het Californische Google kreeg ik vanop de eerste rij te horen waarmee de Amerikaanse speler precies bezig is en hoe ze meesurft op de laatste trendgolven. Maar hoe vertaalt zich dat naar onze Belgische economie? Ik sprak met Lionel Soccal, Industry Manager Retail & E-commerce voor Google België over dé 3 trends die het consumentenlandschap veranderen.

1. Omnichannel is al wat de klok slaat

Eind augustus ging het Amerikaanse Google in zee met Amerikaanse supermarktketen Walmart. Sindsdien kun je in de VS Walmart-producten op de kop tikken via Google Express (de shoppingdienst van Google, nvdr) en Google Home (de draadloze slimme luidspreker, nvdr). Het is nog even wachten vooraleer een Belgische supermarktketen de handen in elkaar sluit met Google voor dergelijke realisaties, maar Soccal is er zeker van: “Omnichannel is al wat de klok slaat, en daar zijn we bij Google zeer bewust mee bezig”, klinkt het. “Vandaag de dag wisselen consument voortdurend tussen online en offline. Als we kijken naar het Belgische online koopgedrag, dan zien we dat een groot deel eerst opzoekt of het product in stock is alvorens naar de fysieke locatie te trekken om het aan te kopen. We hoeven niet langer van de daken te schreeuwen dat bedrijven massaal online of mobiel moeten gaan - nee, ze moeten volgen waar hun hun klanten zijn. Op het juiste moment, en op de juiste locatie. Zo simpel is het, eigenlijk. Maar soms lijkt de bedrijfswereld te vergeten dat dat ook betekent dat ze gepersonaliseerd moeten communiceren. Consumenten willen inspiratie en content over een merk of onderwerp, het wordt tijd dat we hen die geven.”

Lionel Soccal, Industry Manager Retail & E-commerce voor Google België

Die visie sluit naadloos aan op de Google Shops, de pop-up winkels die de zoekmachinegigant vorig jaar in New York neerzette. Consumenten konden er de Pixel en andere hardwareproducten ervaren, maar kopen konden ze tot op heden enkel online. Maar daar komt binnenkort verandering in. Of er dergelijke plannen zijn voor België? “Voorlopig hebben we geen concrete ambities om ook hier onze eigen fysieke filialen te openen”, laat Soccal weten. “Momenteel hebben we nu eenmaal andere prioriteiten.”

2. Van mobile first naar AI first

En die prioriteiten situeren zich volgens Soccal in de sferen van artificiële intelligentie. “Het is simpel: vroeger draaide onze strategie rond mobile first, en moesten alle tools en apps lean en eenvoudig in gebruik zijn”, legt hij uit. “Maar vandaag richten we ons voor de volle 100% op AI first.”

Soccal toont hoe we die AI first-strategie al kunnen terugvinden in verschillende Google-producten. Zo kreeg de messaging app Allo onlangs een AI-gestuurd karakter. Het in 2015 gelanceerde Google Photos werkt ook op basis van AI waarbij gebruikers bijvoorbeeld “hond” of “hamster” in typen, en zo foto’s van bepaalde dieren kunnen opvragen. “Naarmate de systemen meer foto’s te zien krijgt en leert herkennen op basis van Machine Learning-technologie, zal de gebruiker sneller en makkelijker de juiste afbeeldingen krijgen die hij of zij zoekt.”, licht Soccal toe. “Dankzij de real-time signalen die gebruikers geven, kunnen we aanbiedingen en advertenties écht gaan personaliseren en op die manier ook individuele shopervaringen creëren - gebaseerd op de consument en niet op het segment. Om die reden alleen al zou élk bedrijf een AI first-strategie moeten hebben.”

Een voorbeeld dat de Google’s AI first-strategie kadert, is de samenwerking met Byteflies, de Belgisch-Amerikaanse start-up voor wearable health oplossingen. De twee bedrijven gaan samenwerken met Google om technieken te ontwikkelen waarmee sensordata wordt omgezet naar medische inzichten.

3. Een personal assistant voor iedereen

De eerste mainstream toepassing van Google’s AI-realisaties is ongetwijfeld de Google Assistant. “De manier waarop informatie gezochten getoond wordt, krijgt een volledig nieuwe dimensie dankzij onze Assistant”, knikt Soccal. “Bij Google wordt spraakherkenning het nieuwe normaal én we vinden dat elke gebruiker daar ook recht op heeft. Eigenlijk verdient iedereen een personal assistant.”

Bedankt, Lionel!