Tijdens de Dag tegen Kanker wordt elk jaar extra aandacht besteed aan deze vreselijke ziekte. En die aandacht is niks overdreven: elke dag krijgen gemiddeld 200(!) Belgen te horen dat ze kanker hebben. Voor de meesten is dit een ingrijpende en helaas soms ook dramatische wending in hun leven. Van alle sectoren waar kunstmatige intelligentie zijn intrede doet, zal de impact nergens zo groot zijn als in de gezondheidszorg. Gaandeweg zullen artsen leren vertrouwen op de machine, en op die manier nog sneller tot nog betere diagnoses en behandelingen komen.

Kanker is nog steeds één van de belangrijkste doodsoorzaken, het blijft dus wachten op de dag dat het een weliswaar vervelende doch geneeslijke ziekte wordt. Tot dan blijft het vaak een gevecht met een onzekere uitkomst. Gelukkig zijn er ook lichtpuntjes aan de horizon. Licht dat mede door de technologiesector wordt geleverd. De voorbije jaren hebben we immers reuzensprongen gemaakt in het analyseren, correleren en interpreteren van medische data. Sprongen die mogelijk zijn dankzij het besef overal ter wereld dat we betere resultaten boeken als we onze data en bevindingen delen.

Medische wereld slaat handen in elkaar

Neem bijvoorbeeld Pioneer, een Europees project tegen prostaatkanker, waar wij met SAS aan meewerken. Hierbij worden patiëntendata uitgewisseld (na ze eerst te anonimiseren natuurlijk) onder heel veel artsen en ziekenhuizen met als belangrijkste doel: nagaan welke behandelingen het beste aanslaan. Op een grote schaal krijg je dan relevante gegevens, terwijl die meeste artsen en instellingen vroeger veel te kleine aantallen hadden om relevante verbanden te ontdekken en waardevolle conclusies te trekken.

Maar ook op andere continenten wordt de bereidheid om data te delen steeds groter. In Latijns-Amerika is LACOG (Latin American Cooperative Oncology Group) met de hulp van SAS begonnen aan een internationaal programma voor het verzamelen en analyseren van relevante data in de strijd tegen deze dodelijke vijand.

Deze en andere grensoverschrijdende initiatieven, waar iedereen zich achter schaart, helpen niet alleen om de vijand beter te leren kennen, maar ook om de patiënten beter en waardiger te begeleiden. Zo hebben wetenschappers bijvoorbeeld gebundelde data gebruikt om een bloedtest te ontwikkelen die vrijwel meteen kan aangeven of een bepaalde therapie al dan niet aanslaat bij de patiënt.

Na orgaandonatie ook datadonatie

Een essentiële voorwaarde om al het bovenstaande te laten slagen is wel dat we evolueren naar een uniforme manier om data te benoemen en te delen, zodat we weten dat alle gedeelde en gebundelde data steeds over hetzelfde praten. Het belang van een eenduidige beschrijving van symptomen bij het categoriseren van data, en van een uniform gebruik van metadata kan niet overschat worden.

Natuurlijk is ook de toestemming van de patiënt essentieel. Al kunnen we ons moeilijk voorstellen dat patiënten er iets op tegen hebben wanneer hun data anoniem worden verwerkt en vergeleken. Zeker als dit kan leiden tot een betere diagnose en dus ook behandeling. Het is goed te vergelijken met orgaandonatie: je doneert je data, en helpt daarmee het onderzoek naar therapieën tegen kanker!

AI als rechterhand van specialisten

Dankzij dergelijke projecten kan AI (artificiële intelligentie) een steeds grotere rol spelen in de gezondheidszorg. Een ander mooi voorbeeld hiervan is de analyse van CT scans: door de AI-machine steevast te voeden met beelden van wat wel een tumor is en wat niet, slaagt die er uiteindelijk beter dan welke mens ook in om bijna onfeilbaar de tumoren te herkennen. Dan kan de machine aangeven waar ze een tumor meent te zien, en kan de specialist op basis daarvan verder beoordelen en interpreteren. Zo raken aanzienlijk meer tumoren tijdig ontdekt en kunnen ze ook tijdig worden behandeld. Die gewonnen tijd kan ook vaak levens redden.

Natuurlijk zal er altijd een interactie nodig zijn tussen machine en mens. Artificiële intelligentie zal heus niet de wereld overnemen, zoals Elon Musk onlangs - nogal ongelukkig - voorspelde. Door zo transparant mogelijk te tonen hoe een computer tot zijn conclusie komt, en door het toenemend aantal juiste diagnoses, zal de arts gaandeweg leren vertrouwen op de machine en nog sneller tot nog betere diagnoses en behandelingen komen.

En zo wordt de Dag tegen Kanker eigenlijk ook een beetje de Dag van de Data tegen Kanker.