(Photo by Nadia El Makhfi)

Dankzij het carrièrepad dat hij nu al ruim 15 jaar bewandelt bij AFAS Software België, het bedrijf waar hij doorgroeide van consultant tot algemeen directeur, kent Machiel den Dekker het reilen en zeilen van de Belgische softwaremarkt ondertussen als zijn broekzak. De cultuurverschillen tussen zijn geboorteland en België, neemt de Nederlander er graag bij. “Als directeur probeer ik onze medewerkers te behandelen zoals ik zelf behandeld zou willen worden. Het is een kwestie van de juiste voedingsbodem te creëren, zodat ze zich thuis voelen bij ons en zich ook durven te laten zien. Mensen kansen geven om door te groeien in hun job en in het bedrijf en hen zo zien openbloeien; dat vind ik het mooiste aan mijn job.”

Je woont in Nederland maar werkt ondertussen al jaren in België. Hoe ervaar je als Nederlander het verschil tussen beiden landen?

“De combinatie van wonen in Nederland en werken in België zorgt ervoor dat ik me heel bewust ben van beide culturen, meer dan mensen die werken en wonen in één land. Ik ervaar dat als een positieve toevoeging aan mijn persoonlijkheid, omdat ik de verschillen leerde appreciëren. Ik zie de mooie kanten en de schaduwkanten van beide culturen, en het is fijn om die zaken te kunnen samenbrengen en begrijpen. Er is geen goed of fout, het zijn vooral de focuspunten die verschillen.”

“Als Nederlander heb ik altijd gedacht dat Belgen dezelfde taal spraken, en dat Nederlanders en Belgen - op het Belgische, bourgondische kantje na - ongeveer hetzelfde waren. En dat blijkt natuurlijk helemaal niet het geval te zijn. Zo merk ik bijvoorbeeld in onze sector dat Nederlanders veel sneller hun mond opentrekken als er zaken niet in orde zijn. Dat is soms irritant, maar meestal heel waardevol voor ons, want we kunnen meteen iets doen aan een probleem. Als je in België niets hoort van de klant, betekent dat niet dat het goed gaat. Daar moet je als bedrijf rekening mee houden.”


Je zei ooit: “Belgen zijn goed in bedrijven opzetten, Nederlanders zijn goed in ze grootbrengen”. Verklaar je nader.

“België is een kmo-land bij uitstek, met in Vlaanderen alleen al meer dan 600.000 kmo’s. Heel wat Vlamingen hebben een grote drang naar zelfstandigheid; ze hebben het idee dat ze niet onder een baas kunnen werken en dat ze ‘het zelf wel kunnen doen’. En maar goed ook, want de gemiddelde Vlaming is daar heel sterk in: er worden hier ongelofelijk veel bedrijfjes opgericht die ontstaan uit een grote portie ondernemerschap en heel wat passie voor een bepaald product of dienst. De vervolgstap om die kleine start-ups te laten doorgroeien lijkt hier echter wat lastiger te gaan. Heel wat van die kleine bedrijven worden dan ook na de opstartfase opgeslokt door grotere bedrijven, en dat is best jammer.”

(Photo by Nadia El Makhfi)

Je merkte in een interview ook op dat er in België wel wat ‘grijze’ bedrijven zijn. Wat moeten we daaronder verstaan?

“In België zijn er weinig bedrijven die echt kleur durven bekennen. Ik mis het hier soms dat mensen stappen zetten, dat er gewerkt wordt aan het bedrijf in plaats van voor het bedrijf. In mijn branche gaat dat bijvoorbeeld over automatiseren, zodat er tijd vrijkomt die besteed kan worden aan de klant. Ik besef dat automatiseringen niet zomaar van de ene op de andere dag doorgevoerd kunnen worden, maar dat maakt ondernemen juist zo mooi voor mij. De mentaliteit om iedere dag nét iets beter te doen, die is prachtig.”

Ik besef dat automatiseringen niet zomaar van de ene op de andere dag doorgevoerd kunnen worden, maar dat maakt ondernemen juist zo mooi voor mij

“Belgen durven vaak geen ‘nee’ zeggen, en in de bedrijfswereld is dat uiteraard niet altijd handig. Als bedrijf moet je soms keuzes durven maken om je strategie te kunnen vrijwaren. Bij AFAS doen we bijvoorbeeld niet aan maatwerk en werken we enkel in de cloud en nooit lokaal, ook al vragen sommige (potentiële) klanten dat wel. Dat zijn keuzes die we (moeten) maken en duidelijk communiceren, waardoor we meteen ook de juiste klanten kunnen aantrekken.”

In familiebedrijven kunnen keuzes gemaakt worden voor de toekomst, zonder daarbij direct rendement voorop te moeten stellen

Uiteraard zijn er in België ook heel wat bedrijven die dat wél onder de knie hebben. Persoonlijk denk ik dat familiebedrijven daarin het verste staan. Ik denk aan bedrijven zoals Agristo, Barco,… Het mooie aan een familiebedrijf is dat je er op lange termijn kunt denken. Je hoeft geen aandeelhouderswaarde te creëren op korte termijn, er is geen druk van de CEO die tijdens een korte periode zijn of haar stempel wilt drukken op het bedrijf. In familiebedrijven kunnen keuzes gemaakt worden voor de toekomst, zonder daarbij direct rendement voorop te moeten stellen.”

Hoe proberen jullie bij AFAS kleur te brengen?

“Onze tagline is: ‘AFAS Software inspireert beter ondernemen’. Wat ik belangrijk vind bij ons, is dat software geen doel maar een tool is. Ons product dient om bedrijven beter, efficiënter en dynamischer te maken. Dat is ook de opdracht voor onze vertegenwoordigers en consultants: ga in gesprek met een bedrijf en bekijk hoe AFAS dat bedrijf beter kan maken. Kun je de processen versimpelen? Kun je zaken automatiseren? We merken dat de mooiste samenwerkingen ontstaan bij bedrijven waar we veel meer kunnen doen dan enkel en alleen software leveren.”


Denk je dat automatisatie voor bedrijven een belangrijke eerste stap is, waar nog veel bedrijven tegen ‘zondigen’?

“Automatisatie is – zelfs voor een bedrijf als AFAS – geen gemakkelijk gegeven. Ook wij maken fouten, want fouten zijn nu eenmaal menselijk. Ik vind het belangrijk dat we daar als bedrijf of als management open over blijven communiceren. Werkt een proces niet goed, dan moeten we dat onder ogen durven zien en het evalueren. We moedigen onze medewerkers ook aan om na te denken over oplossingen en verbeteringen als er zaken fout lopen of minder goed gaan. Ik ben ervan overtuigd dat als we iedere dag 1 % beter doen dan de dag voordien, dat ons dat een mooi resultaat kan opleveren.”

“Voor mij start alles met de stap vóór automatisatie: bekijk eens eerst je core business en het kernproces dat daarmee samenhangt. Hoe verloopt dat proces en waar verdienen jullie juist geld mee? Het is pas als je de belangrijkste processen in kaart hebt gebracht, dat je ze kunt gaan automatiseren. Vervolgens kun je KPI’s gaan verbinden aan je processen, waardoor ze meetbaar worden.”

“Als je een proces automatiseert, dan wordt het meetbaar. Processen die meetbaar zijn, kun je op hun beurt ook bijsturen. Als je eenmaal beschikt over cijfers, kun je daaruit informatie gaan verzamelen. Cijfers liegen niet en tonen zwart op wit aan wat werkt en wat niet. Uiteraard moeten cijfers met enige nuance geïnterpreteerd worden: we bekijken nooit enkel de cijfers, we zoeken naar trends. Die trends kun je gebruiken om processen te gaan evalueren en te gaan aanpassen. In feite draait het erom dat je – door middel van automatisatie – tijd kunt vrijmaken, die je kunt gebruiken om je klant centraal te stellen.

“Als je cijfers interpreteert en resultaten gaat meten, is het ook belangrijk dat je die gaat communiceren met je medewerkers. Hoe kun je je medewerkers motiveren als ze niet weten hoe ze presteren? We gebruiken de cijfers niet om onze mensen daarop af te rekenen, maar proberen trends te herkennen die ons in staat stellen om doelen te bepalen. Bijvoorbeeld: we doen nu X aantal dagen over de afwerking van onze klachtenprocedure en we willen dat verminderen, of: onze medewerkers draaien nu X euro omzet en daar willen we in groeien… Die informatie is bijzonder waardevol om het bedrijf te kunnen sturen en voor mensen om zich te kunnen verbeteren.”

(Photo by Nadia El Makhfi)

Jullie hebben in het verleden onderzoek gedaan naar de medewerkers van jullie klanten. Daaruit bleek dat het geluk van de medewerkers betrekking heeft op heel wat factoren, maar betrokkenheid was daarvan het belangrijkste aspect. Hoe vertalen jullie dat naar de eigen medewerkers?

“Betrokkenheid is voor mij de vonk die je in de ogen van sollicitanten of medewerkers ziet. Die vonk is belangrijk voor de persoon in kwestie, maar ook voor ons bedrijf. Mensen kansen geven om door te groeien in hun job en in het bedrijf, en hen zo zien openbloeien; dat vind ik het mooiste aan mijn job. Als medewerkers me laten zien dat ze in een rol passen, dan dwingen ze hun groeikansen ook af. Uiteraard zit het niet bij iedereen in het karakter om die kansen te gaan vragen, en daarom proberen we wel initiatieven te voorzien waarbij we onze medewerkers op andere manieren kunnen leren kennen. In nieuwe, niet-vertrouwde contexten zie je andere mensen opstaan of een andere rol opnemen, en dat is voor ons interessant om te zien.”

Mensen kansen geven om door te groeien in hun job en in het bedrijf, en hen zo zien openbloeien: dat vind ik het mooiste aan mijn job

“Ik hecht veel belang aan respect en flexibiliteit. Als directeur probeer ik onze medewerkers te behandelen zoals ik zelf behandeld zou willen worden. Het is een kwestie van de juiste voedingsbodem te creëren, zodat mensen zich thuis voelen bij ons en zich ook durven te laten zien. Als je goed zorgt voor je medewerkers, zullen zij ook goed voor je klanten zorgen en hoef je je geen zorgen te maken over het succes van je bedrijf.”


Als werkgever vind je het fijn dat je medewerkers onkostennota’s binnenbrengen omdat dat betekent dat ze fijne dingen doen, onder andere met klanten. Leg eens uit.

“Ik denk dat het belangrijk is om stil te staan bij mooie en verdrietige momenten van klanten. Als consultant of vertegenwoordiger is het een meerwaarde als je samen met de klant kunt vieren of stilstaan, want het is op die manier dat je een waardevolle relatie met de klant kunt opbouwen. We sporen onze mensen dus aan om hun hart te laten spreken als ze bij klanten zijn. We voorzien geen standaardcadeautjes; ik moedig onze medewerkers aan om zelf te gaan nadenken over waarmee ze een bepaalde klant kunnen plezieren. De initiatieven moeten vanuit onze mensen zelf komen.

Bij AFAS plaatsen we het menselijke aspect voorop. We geloven erin dat je beter kunt ondernemen als je onderneemt vanuit je hart, met liefde. Daarmee maak je het verschil

“Bij AFAS plaatsen we het menselijke aspect voorop. We geloven erin dat je beter kunt ondernemen als je onderneemt vanuit je hart, met liefde. Daarmee maak je het verschil. Maak je geen illusies: ook bij ons gaat dat wel eens fout en iedereen heeft al eens een mindere dag. Daarom proberen we ook geen regelgeving op te leggen: mensen moeten redeneren vanuit hun gezond verstand en in het belang van AFAS. Als er geen of weinig regels zijn, dan is er per definitie ongelijkheid. En toch is dat binnen AFAS niet het geval, want voor ons draait het om wat er exact nodig is voor een persoon op een bepaald moment. Mensen sturen is misschien uitdagender zonder die hele regelgeving maar het is wel op die manier – zonder regels en met gezond verstand – dat er bij alle medewerkers een soort van verantwoordelijkheidsgevoel ontstaat.”

“We zien ook dat niet iedereen hetzelfde reageert. Het is de verantwoordelijkheid van een medewerker zelf om aan te geven wat hij of zij nodig heeft, maar we dringen er ook op aan dat de managers daar heel bewust mee bezig zijn. Onze medewerkers en managers hebben maandelijks of tweemaandelijks diepgaande gesprekken over professionele doelen en functioneren, maar nog veel meer over hoe het gaat met de medewerker in kwestie.”


Benieuwd naar het volledige interview met Machiel den Dekker? Beluister hieronder de volledige podcastaflevering via: