Belgische ondernemingen kunnen genieten van een breed scala aan fiscale gunstmaatregelen en subsidiemogelijkheden voor hun innovatieprojecten en O&O-activiteiten (onderzoek en ontwikkeling). Met deze incentives wil ons land private investeringen in innovatie stimuleren om tot de Europese kopgroep van O&O-intensieve landen te behoren. Concreet zijn de fiscale stimuli opgebouwd rond inkomsten, kosten en investeringen. Benut jouw onderneming alle kansen en opportuniteiten? En haal jij ook voor je werknemers het onderste uit de kan?

Inkomsten uit innovatie

Ondernemingen die inkomsten genereren uit de commercialisatie van zelf ontwikkelde octrooien, software of bepaalde andere intellectuele eigendomsrechten kunnen genieten van de aftrek voor innovatie-inkomsten (innovatieaftrek). Bijgevolg kunnen de netto-innovatie-inkomsten (zoals licentievergoedingen, inbegrepen royalty’s, schadevergoedingen en meerwaarden) tot 85% worden vrijgesteld van vennootschapsbelasting. Met een belastingdruk van 3,75% (nominaal belastingtarief van 25% x belastbaar gedeelte van 15%) op netto-innovatie-inkomsten is België ontegensprekelijk één van de internationale koplopers op dat vlak.

De innovatieaftrek geldt ook voor efficiëntiewinsten. Zo kunnen ondernemingen die zelf software ontwikkelen of hun geoctrooieerde oplossingen gebruiken om interne procesverbeteringen te realiseren, ook een gedeelte van hun winst vrijstellen. Dit staat op zich los van de commercialisatie van goederen of diensten, maar de inzet van eigen software of octrooien in interne processen – die tot een efficiëntiewinst leidt – zorgt eveneens voor hogere marges.

De innovatieaftrek wordt toegekend in de mate waarin de Belgische ondernemingen zelf de octrooien of software tot stand brengen. Een deel van de O&O-activiteiten uitbesteden aan derde partijen (zoals freelancers of onderaannemers) vormt geen probleem. Maar in de mate dat een gedeelte van de O&O-werkzaamheden wordt uitgevoerd door verbonden ondernemingen, komt een deel van de inkomsten niet in aanmerking voor de innovatieaftrek. Het is dan raadzaam dit negatieve effect op te vangen door de gezamenlijke ontwikkeling van octrooien of software tussen verbonden ondernemingen te organiseren via een cost contribution arrangement.

Ondernemingen kunnen al van het voordeel van de innovatieaftrek genieten - zij het dan in de vorm van een tijdelijke vrijstelling - vanaf de aanvraag van een octrooi

Ondernemingen kunnen al van het voordeel van de innovatieaftrek genieten - zij het dan in de vorm van een tijdelijke vrijstelling - vanaf de aanvraag van een octrooi. Het octrooi in kwestie moet dus nog niet daadwerkelijk zijn toegekend. Voor software is dit niet relevant, omdat de auteursrechtelijke bescherming automatisch ontstaat en geen formaliteiten of aanvraagprocedure vereist.

A calculator with the 2021 on the display

Daarnaast kunnen ondernemingen die buitenlandse royalty’s of innovatie-inkomsten ontvangen – die onderworpen waren aan een buitenlandse bronheffing – genieten van een belastingkrediet dat geacht wordt overeen te stemmen met de effectief betaalde buitenlandse bronbelastingen op de inkomsten. Dit belastingkrediet is een forfaitaire bedrag dat kan worden verrekend met de verschuldigde vennootschapsbelasting van de Belgische onderneming.

Kosten van innovatie

Langs de kostenzijde is de belangrijkste gunstmaatregel wellicht de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing. Concreet hoeft 80% van de bedrijfsvoorheffing op de salarissen van bepaalde personeelsleden niet meer te worden betaald aan de overheid, wat een significante cashbesparing kan betekenen. Deze personeelsleden moeten evenwel een kwalificerend diploma op zak hebben. Het voordeel is dan beschikbaar in de mate dat ze ook effectief werkzaamheden verrichten in het kader van een O&O-project of -programma.

Daarnaast kan de werkgever zijn O&O-medewerkers op een fiscaal gunstige wijze vergoeden. Dit kan door een innovatiepremie toe te kennen aan creatieve werknemers. De premie is vrijgesteld van personenbelasting en socialezekerheidsbijdragen (zowel werkgevers- als werknemersbijdragen). Voor de werkgever vormt de premie een aftrekbare kost.

Naast fiscale incentives hebben Belgische ondernemingen ook toegang tot verschillende subsidies (op regionaal, federaal of Europees vlak) voor specifieke activiteiten of projecten

Ook de vergoeding voor de overdracht van auteursrechten wordt gunstig belast als roerend inkomen. Wanneer bijvoorbeeld software (broncode) wordt ontwikkeld in het kader van een arbeidsrelatie is de werknemer in principe de auteur en dus de eigenaar van de vermogensrechten. Hier kan contractueel van worden afgeweken, waarbij expliciet in een overdracht van de auteursrechten moet worden voorzien. Deze vergoeding ondergaat een vlak belastingtarief van 7,5% (met name het nominale tarief van 15% x een kostenforfait van 50%). Een groot verschil vergeleken met de progressieve belastingtarieven in de personenbelasting op ‘klassieke’ bezoldigingen.

Naast fiscale incentives hebben Belgische ondernemingen ook toegang tot verschillende subsidies (op regionaal, federaal of Europees vlak) voor specifieke activiteiten of projecten. De omvang van de subsidies wordt veelal bepaald op basis van een projectbegroting, waarbij personeelskosten voor de uitvoering van het innovatieproject vaak de hoofdbrok vormen van het budget.

Exploding light bulb on a blue background

Investeringen in innovatie

Tot slot kunnen ondernemingen hun investeringskost verminderen door gebruik te maken van de investeringsaftrek voor milieuvriendelijke investeringen in onderzoek en ontwikkeling, of voor investeringen in octrooien. Ook geactiveerde kosten van onderzoek of ontwikkeling (bv. personeelskosten van O&O-medewerkers) komen in aanmerking.

De investeringsaftrek levert een bijkomende (fiscale) aftrekpost op, bovenop de boekhoudkundige afschrijvingskosten die al 100% fiscaal aftrekbaar zijn. Bij wijze van alternatief kan worden gekozen voor het belastingkrediet voor milieuvriendelijke investeringen in onderzoek of ontwikkeling, of voor investeringen in octrooien. Het voordeel is gelijkwaardig aan dat van de investeringsaftrek, al zijn er bepaalde toepassingsverschillen waardoor de keuze voor het belastingkrediet interessanter kan zijn. Zo wordt het niet-benutte belastingkrediet uitbetaald na vijf jaar (indien het belastingkrediet groter zou zijn dan de belastingschuld van de onderneming).

Combineren is mogelijk

De toepassing van de ene gunstmaatregel sluit het gebruik van de andere gunstmaatregel niet uit. Het verstandig combineren van de verschillende incentives is dus aangewezen. Wel moeten de interacties tussen de verschillende gunstregimes zorgvuldig in kaart worden gebracht. Zo zal de onderneming bijvoorbeeld de afweging moeten maken of het interessant is om de O&O-kosten volledig in het resultaat van het boekjaar te nemen, dan wel om deze kosten te activeren en erop af te schrijven.

In het laatste geval zal de belastbare winst van het boekjaar hoger zijn door de gespreide aftrek van de O&O-kosten via afschrijvingen (in plaats van onmiddellijke inresultaatname). Maar dit kan worden gecompenseerd met enerzijds de investeringsaftrek of het belastingkrediet en anderzijds door een verhoogde innovatieaftrek. De O&O-kosten die in mindering worden gebracht voor de berekening van de innovatieaftrek worden immers gedeeltelijk uitgesteld naar latere boekjaren, waardoor er in principe meer innovatie-inkomsten zullen zijn in de eerste jaren.

close up accountant employee man hand using pen for writing on paper check and press on calculator for calculate coast estimate monthly of company's profit and typing keyboard on laptop for information at office , business concept

Wees voorbereid en begin tijdig

De toepassing van de verschillende gunstmaatregelen is niet altijd even gebruiksvriendelijk. Het is cruciaal dat ondernemingen zich goed informeren, want een correcte toepassing van deze incentives – of een combinatie ervan – kan ondernemingen en hun O&O-medewerkers mooie voordelen opleveren.

Daarnaast beginnen ondernemingen best tijdig aan deze oefening. De betrokken overheidsinstanties zijn relatief versnipperd en de doorlooptijd voor het behalen van een ruling of de vereiste attesten is redelijk lang. Mogelijk zijn ook binnen de ondernemingen bepaalde organisatorische of juridische aanpassingen vereist.

Een tijdelijke aanvraag van octrooibescherming, consistentie met het verrekenprijsmodel binnen de groep en een verstandige formulering in contracten zijn immers cruciaal. Laat geen kansen onbenut – time is money.