Bron foto: shutterstock

Als je een succesvolle, snelgroeiende onderneming wil die antwoorden biedt op de moeilijkste problemen, dan heb je de juiste bedrijfscultuur nodig, die snelle experimenten mogelijk maakt en waar ruimte is voor mislukkingen, zolang ze maar in een vroeg stadium zijn. Althans, zo is het toch bij X. Dat is de semi-geheime R&D-afdeling van Google. Astro Teller, captain of ‘moonshots’, leidt de afdeling al jaren. Hier zijn de vijf regels die hij daarvoor volgt. 

X, vroeger Google X, kan je onder andere kennen van de zelfrijdende auto en Project Loon. Teller leidt er een team van eersterangs ingenieurs, wetenschappers en creatievelingen. Samen bedenken ze oplossingen voor tientallen gecompliceerde problemen waar onze wereld mee worstelt. De roeping van X is om van de wereld een betere plaats te maken, dankzij vernieuwende technologieën. Die technologieën noemen ze daar ook wel ‘moonshots’. Maar wat bedoelen Teller en zijn X-team daar nu precies mee?

Wat is een moonshot precies?

Een moonshot bestaat uit drie elementen. Ten eerste is er sprake van een groot probleem, een waar miljoenen of zelfs miljarden mensen last van hebben. Als tweede klinkt de oplossing voor dat probleem alsof het uit een sciencefiction-roman komt, radicaal en onmogelijk. Het laatste element is het technologische bewijs dat die absurde oplossing misschien wel kan bestaan. Dat hoeft niet van vandaag op morgen te zijn, maar ook op vijf of zelfs tien jaar. Bij X houden ze technologische doorbraken nauw in de gaten, want een daarvan zou wel eens de oplossing kunnen zijn. De werkwijze bij X is dus heel anders dan bij normale bedrijven en daarom begeleidt Teller zijn team aan de hand van deze vijf regels.

Regel 1: Ideeën hebben is het gemakkelijkste deel

Veel mensen denken dat een idee vinden moeilijk is. Volgens Teller is dat net het gemakkelijkste stuk. De wereld staat namelijk bol van ideeën. Of ze goed zijn, is een ander ding, maar een idee bedenken is dus niet zo moeilijk. Dat idee vervolgens uitvoeren, er de infrastructuur rond bedenken, de nodige funding, mensen en tijd vinden en het idee uittesten, dat is pas pittig. Welke cultuur heb je nodig om alle ideeën snel uit te testen en de slechte eruit te filteren en mensen gemotiveerd te houden altijd nieuwe concepten aan te brengen? Met voldoende iteratie en het continu weggooien van slechte ideeën, vind je -hopelijk- op een dag een fenomenaal ontwerp.

Moonshot problem

Bron foto: The Mill

Regel 2: Slacht je beste ideeën als eerste af

Je wil je schaarse middelen niet verspillen aan ideeën die niet werken. Je moet er dus zo snel mogelijk achter komen of ze wat kunnen worden. Bij X hebben ze daar wel een paar onorthodoxe methodes voor. “Het meeste van de tijd proberen we te bewijzen dat we het mis hebben, proberen we alles te vernietigen wat we hebben. Dat is ons geheim. Wij willen dat ons idee mislukt” legt Teller uit. Hun strategie is simpel: Bedenk waarom jouw idee niet kan werken, waarom je er niet de juiste middelen voor hebt, waarom het technisch of fysiek niet mogelijk is. Elke keer je een idee aan de wilgen kan hangen, wordt je daarvoor bejubeld. Overleeft een idee het toch? Dan is dat een idee dat het waard is om verder te onderzoeken.

Regel 3: Zet doelen per kwartaal en maak ze haast onmogelijk

De meeste bedrijfsdoelen zijn uitdagend, maar haalbaar. Dat komt omdat CEO’s te hoog mikken en werknemers te laag, waardoor ze ergens in het midden daarvan belanden. Uiteindelijk is niemand echt tevreden met het resultaat. Bij X leggen ze de lat hoog, erg hoog. De teams bieden zelfs tegen elkaar op, proberen elk het moeilijkste doel te hebben. Hun voornemens mogen dan wel pittig zijn, onmogelijk kan je ze net niet noemen. Je kan ze dus halen, maar het wordt een hele uitdaging. Soms haalt er geen enkel team zijn doelstellingen, maar dat maakt niks uit. Mislukken mag.

Astro Teller

Astro Teller. Bron foto: Wired

Regel 4: Mislukken staat niet gelijk aan geld en tijd verspillen

Als je terugblikt op de problemen die je had, kan je ze nu waarschijnlijk in een fractie van de tijd oplossen die je er toen aan spendeerde. Was de rest van die tijd dan eigenlijk een verspilling? Neen. De andere tijd had je nodig om te leren. Bij  X hoef je je niet schuldig te voelen als je werkt rond een aartsmoeilijk probleem en je eerst helemaal nergens lijkt te raken. “Soms moet je je team laten falen. Uiteindelijk creëer je zo een sneeuwbaleffect en voel je hun learnings door de hele organisatie druppelen. Ook maak je mensen niet langer bang van falen en zullen ze zo blijven proberen problemen op te lossen - ook de meest ingewikkelde.”

Regel 5: Van perspectief wisselen is belangrijker dan slim zijn

Als je met een onmogelijk probleem geconfronteerd wordt, is het belangrijk dat je uit je veronderstellingen kan stappen, alles in vraag stellen en zelfs de gekste ideeën te onderzoeken, want die kunnen misschien de basis zijn voor de doorbraak. Zo stapte Teller af van het idee dat ze een andere manier moesten vinden om windenergie te verzamelen. In plaats daarvan bedachten ze hoe ze bestaande windturbines konden verbeteren. Dat bleek verrassend effectiever te zijn.

Denk jij dat de regels van Teller ook buiten X zouden werken?