“Wat zouden onze klanten missen als we er morgen niet meer zijn?” Dat is volgens toekomstdenker en co-founder van nexxworks Rik Vera de fundamentele vraag die bedrijven zich moeten stellen als ze in 2035 nog relevant willen zijn. Misschien is het wel de enige vraag die er echt toe doet, stelt hij. Het antwoord op die vraag ligt volgens Vera bij de ecosysteemeconomie. “Bedrijven opereren vandaag in één gigantische rode oceaan: de concurrentie kan van overal komen, uit eender welke industrie. Als ondernemingen willen overleven, moeten ze een gemeenschappelijke ruimte bouwen en samen met anderen waarde creëren voor hun klanten.”

Ecosysteemeconomie

Elke onderneming zoekt vandaag oplossingen voor problemen die alsmaar complexer worden: energiefacturen die de pan uit swingen, wereldwijde bevoorradingsketens die stokken,… “Die problemen zijn te groot en te complex voor één bedrijf en zelfs voor één sector”, stelt Rik Vera. “Daarom gaan steeds meer ondernemingen ecosystemen bouwen, die sectoren en industrieën overstijgen.”

Vera geeft over de hele wereld lezingen over de systeemeconomie, helpt bedrijven om de omslag te maken en schreef er ook een boek over. Nochtans heeft hij lang getwijfeld om de term ‘ecosysteem’ te gebruiken. “Het is natuurlijk een term die al lang meegaat, en daar hangt altijd wat ‘vervuiling’ aan. Ecosystemen roepen vooral associaties op met de natuur en de planeet. Maar op zich is dat niet erg: de ecosysteemeconomie zal hoe dan ook duurzaam zijn. En ik ben ook geen fan van newspeak, ik had geen zin om een nieuwe term uit te vinden enkel en alleen om een nieuwe term te kunnen lanceren. ‘Ecosysteem’ dekt nu eenmaal perfect de lading om het businessmodel en de economie van de toekomst te omschrijven.”

Batterijen en bioscopen op vier wielen

Vera neemt de autowereld als voorbeeld. “Daar zien de klassieke autobouwers langs verschillende kanten nieuwe, verrassende concurrenten op zich afkomen”, stelt hij vast. “Als wagens in de toekomst allemaal elektrisch rijden, worden het eigenlijk batterijen op vier wielen en dan zitten energiebedrijven in pole position. Maar auto’s worden niet alleen elektrisch, ze worden ook zelfrijdend. Dat wil zeggen dat ze, om vlot en veilig te kunnen rijden, de hele tijd moeten communiceren met de auto’s rondom hen. Dat is dan weer de specialiteit van technologische bedrijven die gespecialiseerd zijn in het verzamelen, analyseren en delen van data.”

“En als auto’s autonoom worden, dan moeten chauffeurs niet meer sturen of de weg zoeken. Dat doet hun wagen in hun plaats, terwijl ze zelf hun handen vrij hebben om een filmpje te kijken of te gamen. Zo wordt de auto niet alleen meer een vervoersmiddel, maar ook een drager van entertainment. Die evolutie lokt bedrijven als Sony, Apple en Samsung naar de autosector.”

“De klassieke autofabrikanten waren al in paniek door de komst van Tesla. Maar dat was klein bier vergeleken met de concurrentie die nog op komst is van energiebedrijven, van technologiebedrijven, van entertainmentbedrijven en wie weet uit welke hoek nog meer. Als ze willen overleven en concurrentieel willen blijven, moeten ze ecosystemen bouwen. Dan moeten ze uit hun hokje breken en ver voorbij de grenzen van hun eigen industrie durven kijken.”

Data als verbindende factor

Bij de farmabedrijven kan je volgens Vera vandaag al een glimp opvangen van hoe de toekomst eruit zal zien. “Ze evolueren van ziekenzorg naar gezondheidszorg. Van genezen naar voorkomen. Wat is essentieel om te voorkomen dat mensen ziek worden? Gezonde voeding. Dus bundelen farmabedrijven de krachten met voedingsbedrijven, die op hun beurt de landbouwsector een andere en gezondere richting uitduwen. Maar gezond eten is anders voor jou dan voor mij, mijn lichaam heeft andere dingen nodig dan dat van jou. Om ons echt gezond te houden, hebben die farmabedrijven en voedingsbedrijven eigenlijk toegang nodig tot de wearables die onze gezondheidszorg monitoren, en zelfs tot onze darmflora en ons DNA. Daar komen technologiebedrijven in het spel. Data zijn de verbindende factor in elk ecosysteem.”

Het zijn ongemeen boeiende maar tegelijk ook ook extreem uitdagende tijden. Bedrijven opereren meer dan ooit in één gigantische rode oceaan

De grenzen van sectoren en industrieën zoals we die vandaag kennen, zullen in de toekomst steeds verder vervagen, voorspelt Vera. “Elk bedrijf kan om het even welke markt betreden, de concurrentie komt van overal. Nieuwe ondernemingen kunnen jouw sector binnenkomen, en jij kan hun markt betreden. Het zijn ongemeen boeiende maar tegelijk ook ook extreem uitdagende tijden. Bedrijven opereren meer dan ooit in één gigantische rode oceaan.”

Eén fundamentele vraag

In die rode oceaan moeten ondernemingen zich volgens Vera één fundamentele vraag stellen. “Bedrijven die in 2035 nog relevant willen zijn, moeten zich afvragen wat hun klanten zouden missen als zij er niet meer zouden zijn. Die ene simpele vraag vat het allemaal samen. ‘Wat is mijn raison d’être?’ Vanuit die bestaansreden moeten ze nieuwe markten aanboren en nieuwe verbanden smeden.”

“Ik werk vaak samen met banken en verzekeraars. Daar is die fundamentele vraag bijzonder relevant. Als banken louter dienen om geld onder te brengen, af te halen of over te schrijven, dan zijn ze onderling inwisselbaar. De intrest kan een paar tienden van een procent verschillen, de maandelijkse kosten een paar euro, maar in euro biedt elke bank dan exact dezelfde service aan. Verdwijnt jouw bank, dan ga je ze geen seconde missen en stap je gewoon over naar een andere bank. Om relevant te blijven, moeten banken dus méér dan gewoon een bank zijn”, aldus Vera.

Als jouw app bij het kleine kringetje apps wil horen dat de selectie overleeft, moet je op zoveel mogelijk verschillende momenten een rol kunnen spelen in het leven van jouw klanten

“KBC heeft dat begrepen met Kate. Dankzij de data waar de bank over beschikt, kan ze jouw leven een pak gemakkelijker maken. Je zou bijvoorbeeld een parkeergarage in en uit kunnen rijden zonder ergens aan een bareel te moeten stoppen of een ticketje te moeten betalen. Op basis van jouw nummerplaat gaat het geld voor je parkeertijd automatisch van je rekening.”

“Vandaag staat onze smartphone vol apps die we misschien twee of drie keer gebruikt hebben. Ik ben ervan overtuigd dat we in de toekomst naar minder applicaties gaan, die meer toegevoegde waarde leveren. Als jouw app bij het kleine kringetje apps wil horen dat de selectie overleeft, moet je op zoveel mogelijk verschillende momenten een rol kunnen spelen in het leven van jouw klanten.”

Een hoofdrol voor kmo’s

Van Apple en Samsung tot KBC in België: de voorbeelden die Rik Vera aanhaalt, zijn vooral grote bedrijven die over tonnen data beschikken. Welke rol is er voor kmo’s en kleinere bedrijven weggelegd in de ecosysteemeconomie van morgen? “De hoofdrol”, antwoordt hij zonder nadenken. “De ecosysteemeconomie is op hun lijf geschreven! Het gaat erom dat je een gezamenlijke ruimte bouwt om samen met anderen waarde te creëren voor klanten. De economie van de toekomst is niet één groot ecosysteem, maar veel kleine verbanden die bedrijven en sectoren overstijgen. B2B of B2C zijn stilaan verleden tijd, ik geloof vooral in P2P: People to Platform of Platform to Platform of People to People. Ik ben er rotsvast van overtuigd dat die evolutie ideaal is voor kleine bedrijven. Zij worden de motoren die veel verbanden en ecosystemen aandrijven.”

Om een ecosysteem te creëren, heb je een aantal bouwstenen nodig: infrastructuur, data en sensoren, een netwerk, en een platform en applicaties om inzichten om te zetten naar concrete acties. Neem nu de bakker bij jou om de hoek. Die heeft al die bouwstenen in handen. Hij beschikt met zijn winkel over de juiste infrastructuur. Elke dag voert hij tientallen gesprekken met klanten, al die interacties leveren data op. Die data legt hij samen met data van andere winkeliers in de buurt, zijn netwerk. Door de dots te verbinden, krijgt hij inzichten die hij kan vertalen in concrete acties: nieuwe producten aan het aanbod toevoegen, andere producten schrappen, een andere winkelinrichting om de chaos op zondagochtend te vermijden,…”

Nu technologie als artificiële intelligentie steeds toegankelijker wordt, zullen kmo’s en kleinere bedrijven nog sneller en vlotter ecosystemen kunnen bouwen

“Uit zoekopdrachten van honderdduizenden bezoekers weet bol.com perfect wat mensen zoeken en niét vinden. Zij bieden die waardevolle data gratis aan aan de verkopers op hun platform, in de vorm van een white spots analyse. Wel, die bakker weet dat ook allemaal. Weliswaar op een totaal andere schaal, maar als er op een week vijf mensen vragen naar zuurdesembrood weet hij ook dat er misschien wel een markt voor is en kan hij beginnen experimenteren. Nu technologie als artificiële intelligentie steeds toegankelijker wordt, zullen kmo’s en kleinere bedrijven nog sneller en vlotter ecosystemen kunnen bouwen.”

Steden als pioniers

Vera ziet in de ecosysteemeconomie vandaag al een verrassende koploper: de overheden. “Steden als Amsterdam zijn echte pioniers. Ze maken heel slim gebruik van data en artificiële intelligentie, en faciliteren ecosystemen. Ze hebben begrepen dat je niet zoals vroeger moet afbakenen wat er allemaal niét mag in de stad, maar dat je wel een aantal voorwaarden moet opleggen om de toegang tot het ecosysteem te regelen.”

“Ik kom vaak in San Francisco. Die stad had op een bepaald moment gewoon te veel mobiliteit. Je struikelde over de Ubers, de Lyfts en andere concurrenten die als paddenstoelen uit de grond schoten. Al die auto’s stonden massaal samen in de file. San Francisco heeft dan een paar basisspelregels om de toegang tot het ecosysteem te beperken ingevoerd en sindsdien gaat het een pak beter.”

Ik ben betrokken bij een project van de Vlaamse overheid om hier een overkoepelend ecosysteem te bouwen, een draaischijf voor ecosystemen van bedrijven en burgers. Een fascinerende evolutie

“Ik ben betrokken bij een project van de Vlaamse overheid om hier een overkoepelend ecosysteem te bouwen, een draaischijf voor ecosystemen van bedrijven en burgers. Dat is een fascinerende evolutie. De overheid gebruikt moderne digitale technologie om terug te gaan naar haar kernrol: die van een faciliterende platformoverheid. Ze zwaait niet met het centrale autoritaire vingertje, maar creëert een veilige omgeving om bedrijven en burgers met elkaar in contact te brengen.”

Ook Tim Berners-Lee, de vader van het internet en vandaag een van de drijvende krachten achter Web3, is betrokken bij dat project, vertelt Vera. “Transparantie is cruciaal in de ecosysteemeconomie. Zeker in Vlaanderen zijn bedrijven niet zo snel geneigd om kennis en data met elkaar te delen. Onze volksaard om een beetje terughoudend, soms zelfs wat argwanend en behoudsgezind. Dan heb je een platform nodig dat vertrouwen wekt om een ecosysteem op te bouwen”, besluit hij.