Ooit al gehoord van The Family? Ongetwijfeld is het één van de meest spannende incubatoren in Europa. Zelf willen de Fransen zich liever niet in het hokje van incubator of accelerator laten duwen. Zoals de naam doet vermoeden, beschouwen ze zichzelf eerder als een familie voor Europese ondernemers. Blijkbaar hebben ze er heel goede genen want tien van hun start-ups zijn elk al meer dan 100 miljoen dollar waard. Bloovi sprak met pater familias Oussama Ammar, een van de drie founders, over het Europese ecosysteem van start-ups waar The Family sinds 2013 naarstig aan bouwt.

500 start-ups

De aanwezigheid van Oussama Ammar, een charmante, ietwat excentrieke man met Libanese roots, in Brussel kadert in een Europese tour van The Family die tien landen aandoet. Het doel? Een Europa van start-ups uitbouwen.

The Family is misschien wel de meest ambitieuze incubator die je momenteel in dit werelddeel zal vinden. Al willen ze zelf liever niet zo genoemd worden. “Onder elkaar maken we er altijd grapjes over omdat we niet in een duidelijke categorie passen”, vertelt Ammar. “We zijn geen incubator aangezien we niemand een werkplek geven. Een accelerator zijn we evenmin omdat er geen tijdslimiet is aan ons programma. En ook geen VC omdat we veel meer doen dan louter investeren. Iedereen vraagt ons altijd: what the hell zijn jullie dan wel? Het antwoord is heel simpel: een familie voor ondernemers. De clue zit in onze naam (lacht).”

Niettemin oogt de track record van The Family behoorlijk indrukwekkend. “Sinds onze start in 2013 hielpen we al 500 start-ups. Van die 500 bestaan er vandaag nog 200, waarvan er 75 kapitaal ophaalden. Tien van onze start-ups hebben een totale waardering van boven de 100 miljoen dollar”, ratelt Oussama Ammar de cijfers af.

Drie diensten

“In 2013 organiseerden we in mijn appartement in Parijs een reeks etentjes voor founders, dat deden we nog eens over in Londen”, blikt Ammar terug op de begindagen. “We wisten toen niet hoe het verder zou evolueren, maar elke week probeerden we steeds meer waarde toe te voegen.” Die informele ontmoetingen vormden de basis voor wat later The Family werd.

The Family is een community die ambitieuze founders helpt om start-ups te bouwen”, legt Ammar het concept uit. “We bieden daarbij drie diensten aan. Ten eerste is dat kennis. Mogelijke founders moeten zichzelf ontwikkelen en vroege ideeën dien je nu eenmaal bij te sturen. Ten tweede vormen wij een hefboom voor nieuwe start-ups. We ondersteunen hen met ons netwerk en met allerhande diensten. En eens je kennis en tractie hebt, praten we over geld. We helpen start-ups kapitaal ophalen en investeren ook zelf.”

Oussama Ammar

Gefaalde ondernemers

Waarom The Family oprichten als er al zoveel Europese incubatoren en acceleratoren bestaan? “De meeste incubatoren en acceleratoren zijn ronduit slecht”, neemt Ammar geen blad voor de mond. “99% wordt gerund door mensen die zelf nooit ondernemer zijn geweest. The Family daarentegen werd opgericht door een groep van gefaalde ondernemers. Zelf ben ik al 15 jaar ondernemer, en heb ik quasi elke fout gemaakt die een founder kan maken. Daarom luisteren ondernemers naar mij, denk ik: ik heb alle slechte beslissingen al genomen”, lacht hij.

De meeste incubatoren en acceleratoren in Europa zijn ronduit slecht: 99% wordt gerund door mensen die zelf nooit ondernemer zijn geweest

Ik denk dat wat The Family doet redelijk uniek is in het internationale start-up landschap”, gaat Ammar verder. “We vergelijken onszelf ook niet graag met anderen en evolueren vrij organisch. Dat maakt wat we doen soms wat verwarrend overkomt voor bepaalde mensen. Maar eigenlijk ondersteunen we gewoon de start-ups die wij leuk vinden. Dat zijn de razend ambitieuze ondernemers die grote markten willen aanvallen en die explosief zullen schalen. Dan praten we over misschien 0,01% van alle ondernemingen in gans Europa. En voor hen proberen we de vele obstakels die ondernemers ondervinden weg te nemen.”

Europees DNA

Ze identificeren zich trouwens niet als Frans - alhoewel The Family in Frankrijk het levenslicht zag - en hebben kantoren in zowel Parijs, Londen als Berlijn. Een team van 50 werknemers biedt ondersteuning aan start-ups verspreid over gans Europa. “Het debat over start-ups zit nog teveel vast in een nationale context. Daarom is ons DNA inderdaad Europees”, bevestigt Oussama Ammar. “Dat waren we trouwens al vanaf dag één. Fransen proberen ons natuurlijk Franser te doen lijken dan we eigenlijk zijn. Maar onze visie is Europees. De Verenigde Staten en China zijn allebei sterke technologie-blokken en als Europa moeten we daar een antwoord op bieden.”

Het debat over start-ups zit nog teveel vast in een nationale context. Daarom is ons DNA veeleer Europees

Dat is natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan wanneer onze beleidsmakers constant spreken over ecosystemen op Belgisch, Vlaams of zelfs stedelijk niveau. “Die concurrentie binnen Europa en zelfs binnen landen is echt heel dom”, vindt ook Ammar. “It sucks! Europese politici zijn slecht in het nadenken op een Europese schaal. En als een Europees ecosysteem nog geen realiteit is voor veel start-ups, dan is dat hun schuld. Daarom willen we bij The Family politiek vergeten en echt een Europa van start-ups bouwen. Door founders overal in Europa te connecteren met de beste mensen, waar die ook gevestigd zijn.”

Politici moeten denken als start-ups

Die sterke focus op Europa komt er net op een moeilijk moment voor de Europese Unie. “Je kan uiteraard niet om evoluties zoals brexit in Engeland en de gillet jaunes in Frankrijk heen”, aldus Ammar. “Al die fenomenen tonen aan dat mensen gefrustreerd zijn. Maar die beleidsdebatten zijn fundamenteel minder belangrijk dan je eigen ding bouwen. Als burger heb je de keuze om al je energie in een politiek debat te steken, of echt te focussen op waarde toevoegen aan de maatschappij, door bijvoorbeeld welvaart te bouwen via ondernemerschap.”

Politici zouden zich trouwens meer moeten gedragen als start-ups”, vindt Ammar. “Want als start-up begin je met een idee, maar je dient dat idee ook constant aan te passen. Je moet itereren en aandacht besteden aan de uitvoering. En dat doen politici niet: ze hebben een idee, maken daar een wet van en gaan vervolgens iets anders doen. Terwijl ze echt een iteratief proces moeten hanteren. Constant de situatie verbeteren en de design thinking-methode toepassen.”

“Ik weet nog toen we een kantoor in Berlijn openden de Duitse politici ons constant vertelden dat Duitsland een geweldige plek was om een bedrijf op te starten. Het heeft uiteindelijk een jaar geduurd voordat we alle administratie geregeld hadden. Dat was een geweldig contrast met wat er ons vooraf verteld was, maar een politicus dient natuurlijk nooit die administratieve lijdensweg af te leggen.”

Kapitaal is globaal

Maar hoe zit het volgens Oussama Ammar dan met het Europese tech-ecosysteem? “We groeien, maar we staan nog ver af van wat we kunnen zijn”, vertelt hij. “We hebben minder ervaren ondernemers die al een succesvolle start-up uit de grond stampten. Daarnaast lanceren we te vaak lokaal. Een Belgische start-up zal praktisch altijd eerst op de Belgische markt gaan, terwijl dat misschien niet de juiste keuze is. Israëlische start-ups doen het bijvoorbeeld compleet anders. Ze kijken waar ze het beste tractie kunnen krijgen, en lanceren onmiddellijk daar. Dat kan in Israël zijn, maar net zo goed in China.”

Kapitaal is daarentegen minder een probleem, meent Ammar. “Kapitaal is vandaag globaal. De meeste Europese bedrijven zitten gewoon niet op het niveau van Amerikaanse bedrijven. Als je tractie hebt en de cijfers om dat hard te maken, dan zal niemand opkijken dat je Europees bent. Recent heeft één van onze bedrijven aanbiedingen gekregen van Amerikaanse investeerders zoals Benchmark, Sequoia en DST. Het kon hen niks schelen dat het om een Europees bedrijf ging omdat zij zulke goede cijfers kunnen voorleggen. Maar spijtig genoeg halen veel Europese start-ups dit niveau niet.”

Decentraal en verenigd

Niettemin ziet hij een zonnige toekomst voor Europa. "We kunnen hier echt een geweldig ecosysteem uitbouwen”, stelt Ammar. “Hopelijk komen we snel tot een ecosysteem dat zowel decentraal als verenigd is. Want Europa is al decentraal, ons continent heeft erg veel landen en diversiteit. Maar daarnaast moeten Europese ondernemers kunnen slagen, ongeacht waar ze gevestigd zijn. Ze moeten dus deel uitmaken van een eengemaakt ecosysteem. En aan die toekomst bouwen we elke dag met The Family.”

Maar voor het zover is, moeten er nog bergen werk verzet worden. “We groeien, maar dit is nog maar dag één voor Europa. Dat vertel ik ook steeds aan nieuwe werknemers: we staan nog maar aan het begin van een Europa voor start-ups. Elke dag opnieuw moeten we aan dat ecosysteem bouwen alsof het dag één is.”