Het is een ingewikkelde realiteit die afhangt van je perspectief. Stille krachten die weinig tot geen nood hebben aan contact met hun collega’s of leidinggevenden die vanuit huis achter hun scherm werken. Sommigen vermijden reistijd, anderen vinden thuis hun creatieve flow en ja, ook mensen die zich verstoppen omdat het werk hen niet meer boeit. Veel werkgevers zien hun bedrijfscultuur afbrokkelen en willen het anders aanpakken. Ze weten alleen niet altijd hoe.

Onzichtbare schade aan de organisatie

​​Wat begon als noodoplossing tijdens corona, groeide uit tot een realiteit die niet altijd evident is. Veel mensen bloeiden open en thuiswerk leek even de heilige graal van het nieuwe werken. Maar de werkelijkheid is niet altijd wat ze lijkt. Samenwerken, cultuur bouwen en vertrouwen ontwikkelen op afstand wordt snel complex. Veel organisaties knijpen een oogje toe voor productieve medewerkers die goed werk leveren maar hoofdzakelijk van thuis uit werken en zich bijna nooit zichtbaar laten zien op kantoor. Maar dat is niet altijd zonder gevolgen.

Managers die resultaten zien, stellen zich misschien geen vragen. Maar hoe stuur je iemand aan die je zelden ziet? Kijk je alleen naar prestaties en KPI’s? De wrijving wordt zelfs nog groter wanneer iemand leiding geeft aan een team en zelf wél fysiek aanwezig is. Onzichtbaarheid kan voor bepaalde rollen efficiënt zijn, maar er is een grens. Zodra fysiek contact verwatert, sijpelt het vertrouwen en de teamverbinding weg. Dan wordt het zeker tijd om in te grijpen.

De thuiswerk-paradox (onderzoek Gallup)

Nochtans liegen de cijfers er niet om. ​Gallup's onderzoek bevestigt een aantal cijfers. Thuiswerkers zijn meer betrokken bij hun werk (31%), blijkt uit wereldwijd onderzoek. Ze overtreffen hybride werknemers (23%) en kantoormedewerkers (19%) ruimschoots. De verklaring? Autonomie. Thuiswerkers bepalen hun eigen ritme, spelen makkelijker in op hun sterktes en bereiken sneller die kostbare flow-staat.

Maar er is een keerzijde aan die vrijheid. Diezelfde thuiswerkers scoren beduidend lager op algemeen welzijn en gedrevenheid (36%) dan hun hybride collega's (42%). Ze rapporteren vaker gevoelens van angst, boosheid, verdriet en eenzaamheid. Bijna de helft (45%) ervaart dagelijks significant meer stress dan kantoorwerkers (38-39%). En dat weegt op ook prestaties. Betrokkenheid betekent niet altijd beter resultaat.

Waarom deze paradox? Fysieke afstand creëert mentale afstand. Thuiswerk wordt ‘gewoon werk’ zonder de spontane lunches, de gesprekken, de overlegmomenten, de gedeelde frustraties en overwinningen. Het ontbreken van sociale steun vertaalt zich in emotionele uitputting. Zelf je tijd managen, werk coördineren zonder duidelijke grenzen, de constante technologische frustraties ...het stapelt zich op. De cognitieve belasting van flexibiliteit blijkt zwaarder dan gedacht.

Wat betekenen die cijfers voor werkgevers? 57% van de thuiswerkers kijkt actief of passief uit naar een nieuwe baan. Bij betrokken thuiswerkers daalt dit naar 47%. Maar wanneer ze zowel betrokken als gelukkig zijn? Dan zoekt slechts 38% naar een andere job.

De menselijke prijs van efficiëntie

Natuurlijk, sommige functies gedijen in isolatie. De programmeur die ongestoord kan coderen, de schrijver, marketeer of designer die in stilte creëert. Maar wanneer het toevallige praatje bij de koffieautomaat verdwijnt, wanneer niemand meer weet hoe je lacht of fronst, wanneer vertrouwen moet groeien via online calls en Slack-berichten, dan betalen we een prijs die niet meer meetbaar zijn via KPI’s.

Het is het verschil tussen een team dat er samen voor gaat en een groep medewerkers die elk op hun eiland zitten, elk hun ding te doen. Noem gerust cultuurverlies. Het gaat niet om aanwezigheid als controlemiddel. Het gaat om de onzichtbare en menselijke verbinding die de lijm is om een organisatie bij elkaar te houden. Die spontane brainstorm in de gang, het gedeelde gefrustreerde zuchtje na een lastige klant, de high-five na een gewonnen pitch. Dat zijn de momenten waaruit cultuur geboren wordt.

Zoek onzichtbare mensen op

Leiderschap vraagt soms échte gesprekken. Met oprechte nieuwsgierigheid weten wie je mensen zijn en weten wat hen drijft. Maar ook wederkerigheid is essentieel, medewerkers moeten zich laten zien, niet alleen voor hun geleverde werk maar voor hun team. Verstopgedrag mag geen excuus worden omdat je goed werk aflevert.

Zoek je onzichtbaren mensen op. Start het gesprek. Vraag niet alleen naar hun output, maar naar hun verhaal. Wat drijft hen? Wat missen ze? Zeg tegelijk ook eerlijk: "ik zie jouw werk, maar ik mis jou." Want een team dat elkaar écht ziet, bouwt een cultuur die standhoudt.

Leiderschap in deze tijd vraagt moed om verder te kijken dan spreadsheets en status updates. Het vraagt de bereidheid om te investeren in wat je niet direct kunt meten: verbinding, vertrouwen, het gevoel ergens bij te horen.

Bron: dit artikel verscheen eerder op MTSprout en werd herschreven en hervormd door de Bloovi redactie.